Vennekens kennen wij als een soort moeras dat toch geen moeras is doch wel een heel drassig verschijnsel, vooral in de winter. In de zomer groeit er zichtbaar natte heide.
Bossen tref je meestal, zo ook in de Kempen, aan op hoger gelegen, droge gronden.
Vennekensbossen wijst dus op het samengaan van natte en droge gronden op een beperkt gebied
Aangezien de Vennekensbossen in ’t veld gelegen zijn, zou men mogen aannemen dat het droge grond betreft. Dat is ook zo, doch er zijn enkele terreinen aldaar waar de waterdichte grondlaag, schuirft zoals wij dat noemen, vlak onder het maaiveld gelegen is. (schuirft = tot lominiet verweerde glauconiet, vermengd met goethiet, een hard, donker ijzermineraal) Als deze ijzerlaag nu in een “kom” gelegen is, houdt zij het regenwater lang op en veroorzaakt op die plaats in natte winters een ven,.. Vandaar.